Afbeelding
Hans Peijs

We blijven onderweg appen

Eén op de tien weggebruikers geeft aan minder de mobiele telefoon te gebruiken op het moment dat de verkeerstaken worden uitgeoefend. Onder jongeren is dit zelfs één op de vijf. Maar nog altijd verricht een derde van de automobilisten en fietsers handelingen met hun smartphone die niet zijn toegestaan.

Dit blijkt uit een evaluatie door Arcadis naar aanleiding van het wijzigen van artikel 61a RVV 1990 in 2019, waardoor het voor iedereen die een voertuig bestuurt verboden is om tijdens het rijden een mobiel elektronisch apparaat vast te houden dat gebruikt kan worden voor communicatie of informatieverwerking. Met de wijziging is het verbod uitgebreid naar bestuurders van alle voertuigen, dus ook fietsers, trambestuurders en bestuurders van een gehandicaptenvoertuig zonder motor. 

Gedragsveranderingen  

De meest voorkomende gedragsveranderingen sinds de wetswijziging zijn: een rustige plek opzoeken om stil te staan om gebruik te maken van een smartphone, minder berichten lezen en schrijven en minder handheld en meer handsfree bellen. Het merendeel van de weggebruikers staat positief tegenover de wetswijziging en een deel ziet ook een gedragsverandering bij andere weggebruikers. Andere aandachtspunten voor de verkeersveiligheid zijn een toenemend gebruik van houders en in-carsystemen en zelfoverschatting bij jongeren.