Afbeelding

3 procent bestuurders aan de drugs

DRUGSGEBRUIK

Ongeveer 3,4 procent van de automobilisten in Nederland neemt met drugs en/of geneesmiddelen in zijn lichaam aan het verkeer deel en ruim 2 procent van de gereden autokilometers werd afgelegd onder invloed van drugs.

Dit blijkt uit gegevens van de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV). Het lijkt erop dat cannabis het vaakst gebruikt is door mensen die onder invloed van drugs aan het verkeer deelnemen en dat cocaïne, ecstasy, amfetamine, en – recent – lachgas ook vaak zijn gebruikt. Hoeveel slachtoffers er precies door drugsgebruik in het verkeer vallen, is onbekend.

Risicogroepen

Risicogroepen voor rijden onder invloed van drugs of geneesmiddelen zijn jongeren (drugs) en ouderen (meervoudig medicijngebruik). De kennis over gevaren van drugs en medicijnen bij automobilisten en bij gebruikers is voor verbetering vatbaar. Maar ook met kennis over mogelijke gevaren blijft een deel van de mensen die onder invloed van drugs of geneesmiddelen zijn toch rijden. Mogelijke mechanismen die hierbij een rol spelen zijn: overschatting van het eigen kunnen, optimistische vergelijkingen (‘ik kan het effect beter verdragen dan anderen’; ‘drugs zijn minder gevaarlijk dan alcohol’) en gebrek aan vervoersalternatieven. Mogelijke maatregelen tegen rijden onder invloed van drugs en geneesmiddelen zijn een verbetering van drugstesten en een verhoging van de handhaving gericht op drugs en geneesmiddelen.