'Uiteindelijk gaat iedereen er hiermee op vooruit'
SWITCH
Het wordt ongetwijfeld wennen in het sanitaire landschap: geen Sphinx meer. Toch staat dit op 1 april 2020 echt te gebeuren, want dan verdwijnt de merknaam Sphinx om plaats te maken voor de merknaam Geberit. Menno Portengen, algemeen directeur van Geberit Nederland, legt uit dat niemand zich zorgen hoeft te maken, want er verandert in feite weinig.
Na een lange aanloop werd in 2015 een klap gegeven op de overname van het Finse Sanitec door Geberit. Daarmee kwamen alle merknamen die onder Sanitec vallen in handen van het Zwitserse bedrijf. In Nederland had dit met name gevolgen voor dochterbedrijf Sphinx, dat hierdoor vanaf dat moment rechtstreeks onder Geberit viel, maar in eerste instantie nog wel opererend onder de eigen merknaam. Omdat de overname inmiddels alweer enige tijd geleden tot stand kwam, legt Menno Portengen graag nog eens uit wat de redenen waren voor de overname van Sanitec waar een bedrag van ongeveer 1,1 miljard euro mee gemoeid was. “De belangrijkste reden is het feit dat Geberit dé expert wil worden in de badkamer, zowel voor als achter de wand. Bijkomend voordeel is dat we ook voor de Geberit AquaClean douchewc, die steeds belangrijker wordt, de expertise in eigen hand hebben.”
“Daarnaast zie je dat de distributieketen, dus de weg van een product van de fabrikant naar de klant, per land verschilt. In het ene land zijn de producten voor de wand bepalend voor de distributieketen, zoals bijvoorbeeld in Frankrijk waar veel wordt verkocht via het doe-het-zelfkanaal, terwijl in veel andere landen juist de techniek achter de wand dominant is. Zo is in Nederland vaak de installateur bepalend. Door deze acquisitie hebben we nu in alle landen de juiste positie.”
Laten we ons even beperken tot de Nederlandse situatie: heeft de overname van Sphinx tot nu toe al gebracht wat je ervan hoopte?
“Ik ben tevreden over de wijze waarop de markt dit heeft opgepakt en ook over de omzetontwikkeling van Sphinx. Sinds 2015 zie je namelijk in positieve zin een trendbreuk in de omzet. Dat is niet te danken aan de overname op zich, maar wél aan het feit dat er door de overname weer aandacht is besteed aan Sphinx. Het geeft in de markt enorm veel vertrouwen dat een bedrijf als Geberit, dat staat voor kwaliteit en een visie op de lange termijn, Sphinx heeft overgenomen. Iedereen ziet dat er weer wordt geïnvesteerd in productie, in innovaties, alsook in mensen in de organisatie. Wat het laatste betreft: Sphinx had voor de overname door Geberit 10 mensen in de buitendienst en dat zijn er nu 35. Onze klanten waarderen dat.”
Zeg je hiermee dat Sphinx op zijn laatste benen liep?
Op ons kantoor in Nieuwegein werken nu allemaal Geberiters
“Nee. Ik zeg hiermee dat Sanitec noodzakelijke investeringen uitstelde of zelfs helemaal niet meer deed en dat ga je op een gegeven moment voelen. Ik heb trouwens wel groot respect hoe Sphinx de jaren voor de overname nog uit de markt heeft gehaald wat erin zat. Chapeau.”
Bij een dergelijke grote overname heb je ook te maken met emoties. Er verdwijnt namelijk een instituut uit de sanitaire wereld. Hoe kijk je daarnaar?
“Die vind ik logisch. Vergeet niet: Sphinx was decennialang op sanitair gebied de trots van Nederland. Een stad als Maastricht is zowat ontstaan, maar zeker hard gegroeid rond de inspanningen van de familie Regout, de grondleggers van Sphinx. Op een gegeven moment is Sphinx echter in verval geraakt, vervolgens is het verkocht aan investeringsmaatschappij Sanitec en vooral die verkoop, plus daarbovenop de sluiting van de fabriek in 2008, heeft er in deze contreien stevig in gehakt, vooral bij de medewerkers. Dus natuurlijk spelen er emoties mee.”
Na de overname door Geberit is niet direct besloten dat de merknaam Sphinx verloren zou gaan. Wanneer en waarom is het besluit genomen om er één organisatie onder de merknaam Geberit van te maken?
“Dat zijn twee gescheiden processen. Het besluit om als één organisatie en vanuit één locatie in Nederland, in ons geval in Nieuwegein, te opereren is in de eerste 100 dagen van de integratie genomen. Vervolgens is de portfolio wereldwijd tegen het licht gehouden om te zien waar synergie valt te halen en toen is om verschillende redenen besloten om naar één merk te gaan.”
“Dan is er inderdaad de keus: wordt het Geberit of wordt het Sphinx? Geberit en Sphinx zijn beide sterke merken, maar als je dan weet dat in Nederland Geberit twee keer zo groot is als Sphinx en dat Geberit ook een breder portfolio heeft, dan begrijpt iedereen de keus om er Geberit van te maken.”
Je krijgt door de overname te maken met twee organisaties die moeten integreren, met elk zo zijn eigen mores. Is dat een lastig proces geweest?
“Ik kijk daar met een goed gevoel op terug. Wat mij betreft was goede communicatie naar de medewerkers essentieel. Bij de overname hebben we beloofd dat we binnen 100 dagen met een goed plan zouden komen en die belofte hebben we gehouden. Op de honderdste dag hebben we verteld wat de bedoeling is en welke impact dat zou hebben. Dat was geen makkelijke beslissing, want je weet meteen dat overgaan naar Geberit voor sommigen een no-go is. De afstand Maastricht-Nieuwegein leg je nu eenmaal niet elke dag fluitend af. Vervolgens hebben we met veel tijd, aandacht, begrip en respect voor ieders keus en ook voor beide bedrijfsculturen het proces bewandeld. En de medewerkers die zeiden dat ze de overgang niet zagen zitten, hebben we met respect en waar nodig in overleg met de sociale partners keurig laten weggaan. Natuurlijk heeft het pijn gekost, maar alles overziend hebben we het netjes gedaan.”
“Daarnaast hebben we door de snelle groei veel nieuwe collega’s van buiten een van deze organisaties verwelkomd en die hebben ongemerkt een heel belangrijke rol gehad in de verbintenis tussen collega’s. Het resultaat is dat je in Nieuwegein niet meer ziet ‘die komt van Sphinx en die van Geberit’, maar het zijn allemaal Geberit'ers. Dat geeft me veel voldoening.”
Op 1 april 2020 valt het doek voor de merknaam Sphinx. Waarom is er gekozen voor een revolutie op één datum in plaats van een evolutie, dus van een geleidelijke overgang?
“Geberit neemt nooit beslissingen met een reikwijdte van één jaar, maar kijkt altijd naar de mogelijke impact over vijf of tien jaar. Nadat de beslissing om er Geberit van te maken was gevallen, hadden we inderdaad kunnen kiezen voor de weg van de geleidelijkheid. Maar hoe dan ook, en dat weet iedereen, valt het doek. Wij hebben daarom de afgelopen periode veel marktpartijen benaderd en gevraagd wat hun voorkeur is en daaruit kwam naar voren dat de branche er een voorstander van is om het in één keer te doen. Wat niets zegt over de voorbereiding die hier intern aan voorafgaat overigens. Na de datum van 1 april is er natuurlijk wel een overgangsfase van 3 maanden, maar iedereen weet nu waar hij vanaf 1 april 2020 aan toe is.”
Het keramiek van Sphinx wordt gemaakt in fabrieken in Europa en dat verandert niet. Betekent dit dat er vanaf 1 april 2020 alleen een naamplaatje wordt vervangen op de producten van Sphinx?
“In 91 procent van de gevallen blijft het product fysiek exact hetzelfde. Bij de series 300, Acanto en VariForm blijven ook serienaam en artikelnummers ongewijzigd, op de laatste 3 cijfers na. Bij de overige series zullen naam en artikelnummers internationaal hetzelfde worden en daarmee dus wel wijzigen. Overigens ook omdat het anders niet te managen is voor de groothandel. Zo zullen Sphinx 345 en Sphinx 420 respectievelijk Geberit iCon en Geberit Xeno2 gaan heten. Maar het belangrijkste is die 91 procent die fysiek dus niet verandert.”
“Laten we eerlijk zijn: op korte termijn zit niemand hier op te wachten, want het levert meer werk op bij de groothandel, de installateur moet extra opletten en dat geldt eigenlijk ook voor de opdrachtgever. Daar hebben ze allemaal niet om gevraagd. Juist daarom moeten we dit goed over de bühne brengen én we moeten iedereen ervan overtuigen dat uiteindelijk iedereen er beter van wordt.”
Hoe is tot nu toe aan de markt bekendgemaakt dat Sphinx zou wegvallen?
“We zijn eind 2018 begonnen en meteen met de groothandels gaan zitten. Vanaf januari dit jaar hebben we de rest van de markt geïnformeerd. Nu zijn we in de fase dat onze salesmensen actief relaties bezoeken om alles meer in detail toe te lichten en om in te gaan op de specifieke vragen van de klant. Tegelijkertijd starten we een communicatiecampagne in vakbladen en online om er zeker van te zijn dat iedereen op de hoogte is.”
Wat is de allerbelangrijkste boodschap aan de installateurs?
“Dat 91 procent van de producten exact hetzelfde blijft. Er verandert dus relatief weinig, zeker op korte termijn. En op de langere termijn gaan de installateurs er juist veel voordeel van hebben. In het algemeen geldt bijvoorbeeld dat de complexiteit wordt verminderd, waardoor we nog meer de nadruk kunnen leggen op de kwaliteit.”
“Nog een voordeel is dat doordat je niet meer van vijf merken een beetje voorraad hebt, maar van één merk heel veel, de leverbetrouwbaarheid veel groter wordt. Aan de andere kant wordt de keuze voor de klant in het assortiment juist weer groter doordat we capaciteit creëren.”
“Ten slotte kunnen we nu de producten voor en achter de wand optimaal op elkaar afstemmen en zo innovaties doorvoeren die aan beide kanten voordeel bieden. Op de VSK in februari zullen we hiervan het eerste resultaat laten zien in de vorm van een spiksplinternieuwe serie waarin het beste van twee werelden samensmelt. Dat wordt een serie die wat ons betreft de toekomst van de sanitairbranche laat zien, maar die in elk geval laat zien hoe Geberit de toekomst ziet.”
Moeten installateurs zich wel op de een of andere manier voorbereiden, bijvoorbeeld door de voorraad Sphinx weg te werken?
“Uit onze gesprekken met de marktpartijen blijkt dat niemand dit als een heel groot thema ziet, ook weer vanwege die 91 procent. Heb je een voorraad Sphinx dan kun je die gewoon verkopen op de manier zoals je dat altijd hebt gedaan, want in feite verandert er niets, behalve de merknaam. Het is dus niet zoals in de auto-industrie dat er een nieuw model komt waardoor het oude model direct is verouderd en minder waard is. Samen met de groothandel zullen we er alles aan doen om de overgang voor installateurs zo vlekkeloos mogelijk te laten verlopen.”
